WOII – Oudenbosch vertelt: Broeder Leonides de Wit

uit ‘Brief vanuit de Aloysiustoren’ door Br. De Wit

Broeder Leonides de Wit hield rond de Oudenbossche bevrijding van 30 oktober 1944 een dagboek bij, waaruit hij later grote delen in een brief aan zijn ouders, broers en zussen schreef. Enkele fragmenten daaruit:

25 Oktober: We horen de mitrailleurs. Geweldige aanvallen met Typhoons op wegen, spoorbanen en locomotieven. Drie treinen in twee dagen tot stilstand in Oudenbosch. Bombardement op een paar omgezaagde bomen (op de Heinsberg). Ze dachten dat het Duitse kanonnen waren! Gebruik van raketbommen, St Louis staat te schudden. Duitse infanterie stelt zich op rond Oudenbosch. Dag en nacht gaat het bombarderen en beschieten door, we verwachten ieder ogenblik een doorstoot naar Oudenbosch.

28 Oktober: Zaterdag. Mitrailleurs van landleger duidelijk te horen. Waar blijven de Engelsen?

29 Oktober: Zondag. Nadat Roosendaal gisteren bijna bereikt was door de geallieerden, verwachtten we een drukke nacht, maar… bijna geen schot werd gelost. Toen werd het zondag. Oudenbosch was één infanterie vesting, de Duitse granaten suisden uit meer dan 20 kanonnen over Oudenbosch, in de richting van Roosendaal en omgeving. Rond 15:00 uur is het langzaamaan stil aan het worden. Is het geschut verplaatst? En in welke richting gaan de geallieerden? Om 16:00 uur is het doodstil geworden. Om 17:20 uur branden, richting Roosendaal. Plotseling een langssnorrende auto. Duitsers. Ze moeten op de koepel, de kapel moet de lucht in. Broeder Christofoor gaat broeder Overste halen. Die komt hard aangerend. Even later horen we van hem: “Het gaat niet door, er kan geen Engels geschut op.” Omdat broeder Egbertus de Duitse officier buitenlangs de koepel liet klimmen… Met een dankbaar hart gaan we de kapel binnen. 22:15 uur: ter ruste. Slapen ging niet erg… toen, even voor 23:30 uur een signaalfluitje en om 23:30 uur begon het. Een geweldige knal, alles rinkelde, dreunde en schudde. Was dat het station? Daarna, om 2:30 uur ’s nachts, een gierend geluid, een geweldige slag, nog een gerinkel van glas; twee granaten ingeslagen. Ook in het dorp verschillende voltreffers; basiliek linksboven bij de klok een treffer en voor bij de treden twee stuks. Achter de basiliek een huis in elkaar en voor de basiliek ook één.

30 Oktober: Na het ontbijt schade bekijken; ongeveer 700 ruiten stuk en het dak van het voorhuis is geraakt. Het geschut weer in volle gang. Granaten fluiten en ploffen uiteen, het is allerhevigst. 14:00 – 15:00 uur. De Duitsers laten diverse punten in de lucht vliegen. Duikers over de brede sloten en bij de toegangswegen tot Oudenbosch, gaan de lucht in. 15:30 uur, Duitse granaten richting station. 15:50 uur: “Ze komen!”, van drie richtingen, Canadezen-Amerikanen. Ze krijgen koek, pepermunt en appels. We bewonderen hun rust, hun uitrusting, hun rubber schoenen, hun tanks, telefoon en radioverbindingen. Het is een gejubel, zingen en dansen, overal Oranje. Meteen beginnen ze met bielzen te halen om de duikers te repareren voor de doortrekkende troepen. 21:30 uur, Duitse granaten rond Oudenbosch, Engels geschut in werking, gedurende de hele nacht.

31 Oktober: In het felle licht van de kanonnen (wel 50) gaan we naar de kapel. Engelse granaten fluiten over Oudenbosch. Amerikaanse kanonnen op Albano. Aula verduisterd, bij het eerste schot vliegt alle verduistering eraf. 11:00 uur, bielzen opladen voor de duiker Gastelseweg. 13:00 uur, St. Louis hangt alle vlaggen uit. Oudenbossche ondergrondse gaat gewapend onze NSB’er halen. Een aantal Canadezen komt eten in het voorhuis. Twee officieren op inspectie naar een Duits zendstation dat nog in Oudenbosch zou moeten zitten. Dit zendstation zat in een duiker bij de Standdaarbuitense brug. 14:00 uur, bedden klaarmaken voor hospitaal. Eén Duits liefje kaal geknipt. 20:30 uur, Radio Oranje: “Oudenbosch bevrijd”.

Nadat Oudenbosch vrijwel zonder geweld is bevrijd, bieden de Duitsers veel verzet als de geallieerden Standdaarbuiten en later Klundert en Zevenbergen willen bevrijden. De vooral Amerikaanse bevrijders moeten de Duitsers met hevig geweld verdrijven. Dat gebeurt vanuit de lucht en vooral met artillerie die rond Oudenbosch is opgesteld (ongeveer ter hoogte van het huidige Albano). Daarover schrijft broeder Leonides de Wit later in de brief aan zijn ouders, broers en zussen:

Gedurende het beschieten van Standdaarbuiten, 2 november 1944 van 20 tot 21:30 uur, heb ik op de cour gestaan. Alleen. Alle granaten van wel 100 kanonnen vlogen over St. Louis heen. Het gedonder van de 50 kg granaten afschieten, uit zo’n 100 kanonnen tegelijk, zowat een uur achter elkaar, heeft me over alles heen geholpen. Sindsdien schrik ik niet meer van ontploffingen.

De Amerikaanse soldaten stonden op ons voorhuis te kijken naar brandend Standdaarbuiten, tijdens de beschieting. Sommige stonden te huilen, zo verschrikkelijk was het.

Toen we de volgende dag in Standdaarbuiten waren, zeiden Amerikanen zelf dat het leek op de landing in Normandië. Een tweed Caen, in kleiner afmeting, zo verschrikkelijk was het spervuur. Maar de Duitsers moesten eruit en gingen eruit. De radio zei: “Het bruggenhoofd over de Mark ten noorden van Oudenbosch, uitgebreid.” We weten nu wat zo’n bericht zeggen wil…

Toen we thuiskwamen van Standdaarbuiten, kregen we natuurlijk alle vragen te beantwoorden, toch voel je er weinig voor om alles te vertellen, je hebt teveel leed van evacuatie, doden, gewonden en puin overal gezien. Het secretariaat van Standdaarbuiten had de waarschuwing van de Amerikanen tot beschieting van Standdaarbuiten wel ontvangen, maar nog niet doorgegeven, zodat de mensen tijdens dit ontzettend spervuur moesten vluchten naar de kelder onder de kerk. Vijftien doden is zo beschouwd eigenlijk heel weinig…

4 November: Naar het ziekenhuis van de zusters, verduisterd. Een granaat is in een paar kamers geslagen, weer veel glasschade.

Evacuatie van Klundert en Zevenbergen naar Oudenbosch. St. Louis zet zijn poorten wijd open. Alle lokalen van internaat en externaat zijn in gebruik. Ongeveer 4000 man in Oudenbosch. Basiliek ontruimd voor evacuees. Troepenvervoer.

Waken, op St. Elisabeth Gasthuis, met nog drie broeders, bij de ouden van dagen en zieken. Tbc-patiënten verlegd in gangen. Branden in Klundert. Slapen wat op een stoel, onrustige nacht, ontzettend zwaar geschut de hele nacht, zieken moed inspreken, et cetera.

5 November: Zondag. Klundert binnen. 13:00 uur, EHBO-post onder de kerk, wat een ellende. Amerikanen zorgen voor corned beef, biscuits en koffie voor 4000 man. De hele nacht werken, verbinden van gewonden, veel brandwonden, blaren et cetera. Meneer Buys zoekt naar zijn kinderen. Ouders missen hun kinderen…

6 November: Klundert een vlammenzee. Veel vluchtelingen vertrekken, zieken vervoerd naar ziekenhuis, nieuwe vluchtelingen komen. Om 17:30 uur weer voor eten zorgen, verbinden et cetera. Even rusten om 20:00 uur in het hoofdkwartier van Het Rode Kruis. Daarna weer naar het St. Elisabeth Gasthuis. Wat geslapen op een stoel.

7 November: Weer naar de kelders onder de kerk, gewonden verbinden en zieken vervoeren. Zwaar gewonden worden binnengebracht. Mijnen ontploffen in Oudenbosch (op de plaats waar nu de kruising Baarlebossche – Ste. Bernaertsstraat is), verschillende doden en gewonden. Alle ruiten op Sancta Maria stuk, ook alle gebrandschilderde ramen van de kapel. Verduisterd, 19:00 uur naar St. Elisabeth Gasthuis, laatste wacht.

8 November: Kanonnen zijn vertrokken, geëvacueerden ook, behalve een zestigtal op het externaat. Die dag geslapen van ’s morgens 10 tot ’s middags 16:00 uur en ’s avonds weer om 20:00 uur naar bed. Rust weergekeerd.